Low vision - donatie project
[met Buitenpost hulp], deel twee

De Buitenpost werkte deze maand ook aan het staartje van het donatie project dat in November plaats vond. De spullen van het blindeninstituut moesten nog uit het douanedepot in Srebrenik gehaald worden.
Nadat alle papieren eindelijk in orde waren werd er een truck gehuurd en werden de spullen opgehaald. Het lijkt een schijntje maar al met al was ik hier toch 4 dagen mee bezig. Hieronder informatie over de geleverde materialen.

Tot ongeveer 30 jaar geleden was alleen blindheid bekend als visuele handicap. Slechtzienden werden beschouwd als half-blind of bijna-blind. Centraal stond in het denken over visueel gehandicapten het niet zien. in de zeventiger jaren van deze eeuw begon men onderscheid te maken tussen blindheid en slechtziendheid. De aanleiding voor deze verandering was de invoering van optische en andere technische hulpmiddelen die slechtzienden in staat stellen het gebruik van het resterende gezichtsvermogen te optimaliseren. Sedertdien zijn slechtzienden in rijke landen niet langer afhankelijk van 'blindentechnieken' zoals braille. Dit is internationaal bekend geworden onder de naam Low Vision.
De Low Vision benadering bestaat uit onderzoek, advisering en training. In het onderzoek richt de optometrist zich o.a. op het vaststellen van de gezichtsscherpte, de vergrotingsbehoefte, contrastwaarneming, dieptewaarneming, kleurwaarneming en de omvang en kwaliteit van de gezichtsveld. Voor een optimale visuele waarneming zijn ook de afstand tot het waar te nemen object, de omgevingsverlichting, eventuele lichthinder en contrastomstandigheden in de omgeving van groot belang. Als het mogelijk is adviseert de optometrist een of meer hulpmiddelen, bijvoorbeeld een prismaloepbril, een televisieloep of een handloep.
Het is gebleken dat zonder goede instructie van de omgang met de hulpmiddelen deze weinig effectief zijn. Instructie is dus nodig, maar ook training in (anders) kijken, lezen en schrijven. deze trainingen worden in Nederland verzorgd door Low Vision trainers en zelfstandigheidstherapeuten.
Daarnaast is het van belang aandacht te geven aan de ergonomische aspecten van zien, kijken en lezen. Met name de zithouding en de verlichtingssituatie vragen vaak om aanpassing. Voor vrijwel iedere slechtziende is het belangrijk dat bij een progressief verloop van zijn oogstoornis regelmatig de visuele beperkingen worden onderzocht opdat hulpmiddelen en training in het gebruik ervan worden aangepast.