De vorige keer waren we in Hrasno en de tijd stond even stil. Vlak voor dat we Hrasno verlieten zagen we nog een kleine performance:
Mijn werkwijze als artiest is als volgt:
Ik ga naar plaatsen, zonder mezelf voor te bereiden and ik loop rond,
observeer, spreek met
mensen en probeer te ontdekken wat er leeft.
In Hrasno voelde ik vanaf de allereerste dag een sterke connectie met
de omstandigheden
waaronder de mensen moeten leven. En met het geduld dat de mensen nodig
hebben om de
gewonde plaats weer op te bouwen.
Ik heb geprobeerd me de mensen voor te stellen, hun levens en hun gevoelens
toen ik een van de
torenflats beklom. Ik kon niets vinden dat aan iemand persoonlijk
toe had behoord. Alleen
beneden, in het vuilnis, vond ik notities en brieven, die ik uiteraard
niet begreep, omdat ik uit
Nederland kom. Dus het enigste dat ik weet is de manier waarop ze hun
handen over het papier
bewogen.
Van een paar van deze brieven heb ik copietjes gemaakt en uitvergroot,
wat ik nodig had om de
zin te completeren.
Alles wat ik weet is de manier waarop je je hand bewoog.
Het is mijn persoonlijke manier om de mensen te herinneren die gedwongen
waren te vertrekken.
Maar tegelijkertijd wil ik hiermee jullie mijn wens voor de toekomst
tonen, uitgedrukt door
kindertekeningen van scholieren van de lagere school van Hrasno.
Dit is het laatste werk in de drieluik dat startte in 1996 in Dubrovnik.
Dat eerste deel was
genaamd: ‘Monuments for Tiles’
Een tweede deel, in Februari 1997, was in Belgrado en heette Pravo,
als een steunbetuiging aan
de studentenprotesten.
Met speciale dank aan de mensen van
Nederlandse Ambassade
City Link Amsterdam - Sarajevo
Soros center voor hedendaagse kunst.
Academie van schone kunsten
Iedereen die ik tegen kwam en mij een beetje ‘Sarajevo Power’ meegaf
En natuurlijk veel dank aan alle kinderen