menu
spacer
 
| de duurzaamsite / nieuws 2006 |
 
 
 
Workshop op Nederlands Sociaal Forum
Stop de bioindustrie

 
Verslag van Ronald Rovers
Foto’s: Nanette Danckaarts
 
Nijmegen, 20 mei 2006 - "Niet op de politiek wachten, maatschappelijke actie is de snelste manier We moeten bedenken hoe we dit op de politieke agenda krijgen en hoe we het Nederlandse publiek hierbij betrekken." De bio-industrie lijkt een voortdenderende trein maar dat is een misverstand. Het zal niet eenvoudig zijn maar er zijn manieren om de trein te stoppen.
 
Wat is er aan de hand?
 
workshop Van Eck trapte af met een korte introductie. Voor onze industriële dierproductie van varkens, koeien en kippen halen we voer van over de hele wereld. We huisvesten ze op een manier die tegennatuurlijk is, zonder daglicht en op elkaar gepropt. Omdat dat tegennatuurlijk is, moeten we de dieren ook nog eens ‘aanpassen’ door bijvoorbeeld bij kippen hun snavels af te knippen omdat ze elkaar anders mishandelen. Bovendien mogen de dieren niet ouder worden dan de puberteit omdat anders de voer-vleesverhouding niet meer rendabel is.
 
‘De heler is erger dan de steler’
 
Dierenwelzijn is duidelijk het eerste grote probleem. Maar er zijn nog twee andere problemen: soja en mest. Nederland is de op één na grootste soja-importeur ter wereld – na China – en 80 procent daarvan verdwijnt in onze kippen en varkens. Vroeger haalden we die soja vooral uit Kenia, de VS en Zuidoost-Azië maar tegenwoordig komt het in toenemende mate uit Zuid-Amerika. Daar liggen sojaplantages ter grootte van een gemiddelde Nederlandse provincie.
Grootgrondbezitters jagen kleine boeren met privé-legertjes van hun land om hun plantages uit te breiden en vernietigen alle bestaande natuur om de soja te planten. Daarmee verpletteren ze dus ook de lokale voedselvoorziening. Nederlandse importeurs maar ook multinationals als sojahandelaar Cargill zijn daarmee schuldig aan de vernietiging van sociale, economische en ecologische structuren in de landen van herkomst.
 
Naar het nirvana geschopt
 
En dan is er het goeie ouwe mestoverschot. Intensieve dierhouderij leidt tot enorme mesthopen (in jargon: teveel fosfaat, nitraat en ammoniak in de bodem) en dat bedreigt onze eigen planten en dieren (in jargon: biodiversiteit). De afgelopen vijftig jaar heeft dat onder meer het leven gekost aan honderden plantensoorten (overleden of op een rode lijst van zeldzame planten geplaatst, een soort eretribune voordat ze naar het hiernamaals mogen vertrekken) en diersoorten – in ieder geval zijn veel vlinders erg gevoelig voor vervuiling. Die verdwijnen het eerst.
 
Schaamte
 
workshop Maar dit weten we al een tijdje. De vraag is: wat doen we eraan? Een flink obstakel om dieren in de voedselindustrie een iets beter leven te geven, zijn de landbouwwoordvoerders van LPF, CDA en VVD, die allemaal directe belangen in de sector hebben. Dat zei SP-Tweede Kamerlid Krista van Velzen die langskwam om de nodige politieke pezaz aan de discussie mee te geven. Hoe zetten we dit onderwerp de komende verkiezingen dan toch op de politieke agenda en brengen we het publiek in beweging? Waarover bakkeleien politici op dit moment?
  • Een flink risico zit ‘m in het Level Playing Field waarmee de EU bedoelt dat dierenwelzijn – en nog veel andere landbouwkwesties – over alle Europese landen gelijk getrokken moeten worden. Dat betekent vrijwel zeker dat het Nederlandse dierenwelzijn achteruit gaat want het moet bijvoorbeeld worden afgestemd op het dierenwelzijn in Italië – een Nederlandse konijnenfokker vertelde Van Velzen onlangs dat hij zich schaamt voor de situatie in Italië. “Is het niet beter dat Nederland zelf zijn beslissingen neemt over zijn eigen dierenwelzijn (in jargon: renationaliseren)?
  • Tweede politieke kwestie: 40 miljard Europese landbouwsubsidies, waarvan 80 procent naar 20 procent van de boeren gaat – en dat zijn volgens Van Velzen vooral hele grote boeren en zelfs enkele multinationals. Dat spreekt voor zich: het moet anders.
  • Derde politieke probleem: Nederland is geen eiland. We hebben zo’n achttien miljoen varkens die 1,20 – 1,25 euro per kilo opleveren. We concurreren daarmee bijvoorbeeld met Brazilië die een kilo voor 75 eurocent weet te produceren – vooral door volstrekt geen aandacht aan milieuregels en arbeidsomstandigheden te besteden. Om een beetje te kunnen concurreren willen Nederlandse producenten dus zo weinig mogelijk extra kosten maken die met het welzijn van de dieren te maken hebben. Om dat welzijn te verbeteren, moeten we volgens Van Velzen drastisch nadenken over importheffingen. Kortom: we moeten Nederlandse boeren een kans geven het welzijn te verbeteren en toch rendabel te produceren.

 
Oplossingen
 
En toen werd er gebrainstormd over oplossingen.
  • In Oostenrijk worden supermarktartikelen van etiketten voorzien die de consumenten vertellen of een product aan de Oostenrijkse milieu- en dierenwelzijnswetten voldoet. Relatief eenvoudig en het lijkt te werken. Dat kan hier dus ook. workshop
  • Maatschappelijke actie: Boze grootmoeders gingen voor de poorten van de producent van ‘Grootmoeders Kruidkoek’ protesteren omdat er kooieieren in de koek zaten. Daar wilden ze niet mee geassocieerd worden. Resultaat: er zitten nu scharreleieren in de koek. Volgens Van Velzen is zo’n maatschappelijke actie de snelste manier om de situatie voor dieren te verbeteren.
  • Een Nederlandse film maken over de bio-industrie om mensen wakker te schudden: wat gebeurt er achter de deuren van een kippen- en varkensfokkerij?
  • Weten mensen dat multinationals – doorgaans geen producenten van biologische artikelen – supermarkten betalen om hun producten op ooghoogte te leggen? Biologische producten staan meestal op mindere plekken in de schappen.
  • Al vroeg beginnen: voorlichting geven op scholen. De eerste initiatieven zijn al begonnen.
  • Op de een of andere manier de prijs van biologische producten verlagen.
  • Green Pass: green miles sparen met het kopen van biologische producten
  • Wijs mensen op mogelijke gezondheidsproblemen. De bio-industrie gebruikt preventief antibiotica. Dat leidt tot resistente bacteriën.
Kortom: er zijn genoeg manieren om in actie te komen.
 
Dit verslag is gemaakt door NSF-mediamakers, meer op www.sociaalforum.nl (opent nieuw venster).
 
 
terug/back | de duurzaamsite / nieuws 2006 |