Duurzaam Nederlands Nieuws
Nederlandse biologische landbouw blijft achter
Persbericht Centraal Bureau voor de Statistiek
Datum: 06 augustus 1997
Biologische landbouw klein maar fijn
Het aandeel van de biologische landbouw in het totale
landbouwareaal is laag: nog niet één procent. Aan de
andere kant is het één van de weinige sectoren van de
landbouw die zich de afgelopen tien jaar hebben
uitgebreid, van ruim 2 700 hectare in 1986 tot ruim
14 000 hectare in 1996.
In vergelijking met 1995 is het areaal biologische
landbouw 12% groter. Vooral de biologische veeteelt en
tuinbouw zijn in oppervlakte toegenomen. Het areaal
biologische akkerbouw is echter gedaald. Dit blijkt uit
cijfers van het CBS die zijn samengesteld in
samenwerking met de controle-organisaties Skal en Blik.
Omschakelen niet eenvoudig
In veel Europese landen is het aandeel van de
biologische landbouw in het totale landbouwareaal hoger
dan in Nederland. Oostenrijk, Zwitserland en Zweden
lopen voorop. Ver daarachter komen Finland, Duitsland
en Denemarken. Nederland neemt de negende plaats in. In
landen zoals Oostenrijk kan de stap van gangbare naar
biologische landbouw wel makkelijker gezet worden omdat
een groot deel van de landbouw extensief is en weinig
gebruikmaakt van bestrijdingsmiddelen. De situatie in
Nederland ligt anders. In 1994, het laatste jaar
waarover cijfers bekend zijn, was Nederland nog
Europees koploper in het bestrijdingsmiddelengebruik
per hectare.
Oppervlakte biologische akkerbouw daalt
Bij de biologische teelten besloegen (rund)veehouderijbedrijven de helft
van het areaal. In de periode 1995-1996 is de oppervlakte die
biologische akkerbouwbedrijven innamen, met 12% gedaald. Met name de
oppervlakte granen en luzerne nam af. De arealen van de overige
bedrijfstypes zijn gestegen. Verklaringen voor deze verschuivingen zijn
moeilijk te geven; over de handel zijn weinig cijfers bekend. De indruk
bestaat wel dat de binnenlandse vraag in de periode 1995-1996 is
gestegen. Uit onderzoek van het Landbouw-Economisch Instituut (LEI-DLO)
blijkt dat meer dan de helft van de biologische producten wordt
geëxporteerd. Veranderingen in de exportmogelijkheden hebben dus
een grote invloed op het biologisch areaal.
Verschillen per regio en bedrijfstak
In Flevoland beslaat het biologisch landbouwareaal 4%
van de totale landbouwoppervlakte. In Noord-Holland en
Friesland is dat percentage ruim 1%.
Van elke 1 000 melk- en kalfkoeien in Nederland worden
er 3 biologisch gehouden. Bij varkens en kippen worden
slechts 2 van de 10 000 beesten biologisch gehouden.
Stimulering biologische landbouw
Omdat de biologische landbouw geen gebruikmaakt van
landbouwchemicaliën, stimuleert het Ministerie van Landbouw,
Natuurbeheer en Visserij (LNV) deze vorm van milieuvriendelijke
landbouw. In het 'Plan van Aanpak Biologische Landbouw' uit 1996 is tot
het jaar 2000 60 mln gulden uitgetrokken om de biologische landbouw te
stimuleren. Daarnaast bestaan er nog andere stimulerende maatregelen van
de landelijke overheid (groen beleggen, vervroegd afschrijven
bedrijfsmiddelen).
Naast het Rijk hebben ook landbouwbedrijfsleven, maatschappelijke
groeperingen, milieuverenigingen, supermarkten en lagere overheden de
laatste jaren diverse initiatieven ontplooid om de biologische landbouw
te stimuleren.
Technische toelichting
Biologische producten zijn te koop in natuurvoedingswinkels,
speciaalzaken, supermarkten en op biologische boerenmarkten. Daarnaast
is het groenten-abonnement een klein maar groeiend afzetkanaal. Bij
biologische landbouw wordt geen gebruikgemaakt van chemische
bestrijdingsmiddelen en kunstmest.
Skal is de door de minister van LNV aangewezen
controle-instelling die toezicht houdt op naleving van de wettelijke
productievoorwaarden. De door Skal gecontroleerde en goedbevonden
biologische producten zijn herkenbaar aan het EKO-keurmerk. Een klein
deel van de dierlijke productie, die nog niet bij de wet geregeld is,
wordt door de Belgische controle-organisatie 'Blik' gecontroleerd.
Biologische landbouw dient niet verward te worden met milieubewuste
teelt waarbij nog wel bestrijdingsmiddelen en kunstmest gebruikt worden.
Achtergrondinformatie
Voor achtergrondinformatie over dit onderwerp kunt u contact opnemen met
het Centraal Bureau voor de Statistiek in Voorburg, dhr. F.C. van der
Linden van het CBS, tel. (070) 337 42 07, e-mail flnn@cbs.nl.
Via Skal kunt u meer te weten komen over de organisatie van de controle
van biologische producten en over het EKO-keurmerk. Biologica is de
belangenorganisatie van de biologische sector en kan u adressen
verstrekken van biologische boeren en handelaren.
Telefoon Stichting Skal, (038) 422 68 66 en Biologica, (030) 230 07 13.
Oppervlakte biologische landbouw
------------------------------------
Totaal
------------------------
aantal opper-
bedrijven vlakte
------------------------------------
abs. ha
---------- ----------
1986 278 2 724
1989 359 6 544
1990 399 7 469
1991 439 9 227
1995 521 12 789
1996 554 14 334
------------------------------------
Bron: Skal en Blik, bewerking CBS
Biologische landbouw in Europa, 1996 1)
----------------------------------------------------------------------
Oppervlakte Aandeel in het
biologische landbouw totale landbouwareaal
----------------------------------------------------------------------
ha %
-------------------- ----------------------
Oostenrijk 249 662 12,5
Zwitserland 59 400 5,6
Zweden 105 000 3,4
Finland 44 732 2,0
Duitsland 310 484 1,8
Denemarken 42 184 1,5
Italië 204 238 1,4
Noorwegen 7 817 0,8
Nederland 14 334 0,7
Luxemburg 625 0,5
België 5 000 0,4
Frankrijk 97 000 0,3
Engeland 47 901 0,3
Portugal 10 192 0,3
Ierland 11 104 0,3
Griekenland 4 500 0,1
Spanje 28 130 0,1
----------------------------------------------------------------------
1) Hieronder vallen oppervlakten gecertificeerde biologische landbouw.
In alle landen behalve Nederland zijn oppervlakten in omschakeling
ook meegeteld. In Nederland is ongeveer 1500 ha in omschakeling.
Bronnen: * Nic Lampkin, Department of Agricultural Sciences,
University of Wales
* Eurostat, Luxemburg
Oppervlakte biologische landbouw, naar bedrijfstype
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
1995 1996 Stijgingspercentage
1996 tov 1995
----------------------------------------------------------------
aantal opper- aantal opper- aantal opper-
bedrijven vlakte bedrijven vlakte bedrijven vlakte
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
abs. ha abs. ha %
--------- --------- --------- --------- ---------------------
Akkerbouwbedrijven 106 5 118 109 4 525 3 -12
Tuinbouwbedrijven 122 317 128 368 5 16
Fruitteeltbedrijven 40 173 45 199 13 15
(Rund)veehouderijbedrijven 158 5 382 188 7 071 19 31
Intensieve veehouderijbedrijven 12 10 11 13 -8 27
Gemengde bedrijven 83 1 786 73 2 158 -12 21
Totaal biologische landbouw 521 12 789 554 14 334 6 12
-----------------------------------------------------------------------------------------------------
Bron: Skal en Blik, bewerking CBS
[Menu]
[dDH]